zondag 29 december 2019

Preek van zondag 29 december - Feest van De Heilige Familie


Eerste lezing: Uit het boek Wijsheid van Jezus Sirach, 3, 2-6. 12-14.
Tweede lezing: Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Kolosse, 3, 12-21.
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs, 2, 13-15. 19-23.

Feest van de Heilige Familie ( A )
Enkele dagen geleden vierden we het Feest van Kerstmis : de geboorte van het Kind Jezus in Bethlehem. Vandaag neemt de Liturgie ons mee naar het leven van de Heilige Familie: Jezus, Maria en Jozef. Hun leven werd door de Kerk dikwijls als inspiratiebron en voorbeeld gesteld voor onze families.                                                                                   

Echter, om tegenwoordig over het familieleven te spreken is niet zo eenvoudig. Dat is immers zo ontzettend veranderd in de laatste 40 jaar. Heel veel stellen gaan eerst een tijd samenwonen en sommigen trouwen dan na een aantal jaren, maar er zijn ook velen die nooit officieel een huwelijk sluiten. En van het slinkend aantal huwelijken dat gesloten wordt, wordt gezegd dat bijna de helft na korte of lange tijd weer uiteengaat en het aantal scheidingen blijft nog steeds stijgen. Met alle gevolgen van dien vooral voor de kinderen maar dikwijls ook voor de partners zelf en hun familieleden. Zo’n scheiding laat dikwijls nog jaren lang haar sporen na.. Hoeveel alleenstaande moeders hebben we niet? En zelfs alleenstaande vaders?  Allemaal situaties die 50 jaar geleden voor de katholieke kerk ondenkbaar waren.         
                                                                      

Moet de kerk in deze situatie het ideale huwelijk blijven propageren, vragen velen zich af? Moet de kerk geen andere manieren gaan zoeken om de mensen te begeleiden die dikwijls daaronder veel te lijden hebben?  De kerk is inderdaad op zoek, hoe met deze gecompliceerde situaties om te gaan en hoe de mensen daarin tot steun te zijn, zoals we verschillende keren bijvoorbeeld van Paus Franciscus horen.
Wat uit heel deze situatie duidelijk blijkt, is het feit dat het niet eenvoudig is om met twee mensen een huwelijksband op te bouwen, dat het niet zo is, zoals in nogal wat films wordt voorgesteld alsof dat het huwelijk het “happy end”  is en alle moeilijkheden daarmee worden opgelost. “Integendeel”, hoor ik veel van U zeggen, “dan begint het pas…”.  Immers, om tot een goed huwelijksleven te komen zijn heel wat opoffering, inspanning, geduld en zelfdiscipline nodig, is er dikwijls een lange weg te gaan.
In de Tweede Lezing van vandaag, de brief van de Hl. Paulus, komen we een aantal raadgevingen tegen om tot een goede verstandhouding tot elkaar te komen: in het huwelijksleven maar eigenlijk in elke situatie waar personen met elkaar samenwonen en/of samenwerken. Zeker in onze maatschappij die steeds multi cultureler wordt met mensen afkomstig uit veel andere landen, met hun verschillende ideeën en levenswijzen. In die zin is dit een Lezing die voor ons alle geldt : zowel gehuwden als ongehuwden, zowel Mensen met een Nederlandse als anderen met een niet Nederlandse afkomst/achtergrond.
Op de eerste plaats raadt Paulus ons aan om bescheiden te zijn, geduldig en goed voor elkaar. In ons dagelijks leven zijn we o zo gemakkelijk geneigd om eerst aan onszelf en dan pas aan het welzijn aan anderen te denken. (Daar betrapte ik laatst mezelf op, toen er een treinstoring was en er bussen als vervanging werden ingezet. Er waren te weinig bussen, dus de mensen begonnen te dringen want iedereen, ook ikzelf, wilde wel een plaatsje in de bus hebben om niet al te laat thuis te komen met het gevolg van dat het een dringen en duwen werd van ja welste).
Hoe moeilijk kan het ook zijn om geduld met elkaar te hebben, te erkennen dat de ander anders is en denkt dan ik, dat ik de mezelf moet overwinnen om niet mijn denk- en handelswijze aan de ander op te leggen maar de ander de ruimte te geven om op zijn/haar manier te spreken en te handelen.
Verdraagt elkaar, zegt St. Paulus. Misschien moeten we nog wel een stapje verder gaan als elkaar verdragen. Wellicht is de volgende noodzakelijke stap : elkaar waarderen in zijn/haar anders zijn dan ik.                                                             

En wellicht nog een stap verder: ook bereid zijn om van elkaar te leren. Ze zeggen wel eens dat heel het leven een leerproces is en dat je nooit te oud bent om te leren. Inderdaad, als we bescheiden zijn en niet alleen onze eigen haan willen doen kraaien, dan kunnen we in verschillende opzichten veel van elkaar leren.                                        De moeilijkheid hierbij is, dat we heel dikwijls eerst de negatieve kanten van de ander zien en hem/haar daarop beoordelen of veroordelen. En daarna misschien pas de positieve kanten. Dat is een hele kunst, dat vraagt een verandering van mentaliteit om eerst de positieve kant van iemand anders te zien en te waarderen. Maar als je daartoe in staat bent, dan gaat het leven er dikwijls heel anders uitzien en wordt het samenleven een stuk gemakkelijker.

Vervolgens zegt Paulus :”Vergeeft elkaar”. Wie van ons durft te zeggen dat hij/zij alles goed doet en geen vergeving nodig heeft? Hoe eerlijker je tegenover jezelf bent, hoe meer je ontdekt welke zwakheden je hebt en waarin jij je leven beteren moet. Vergeving is in de samenleving met mensen onder elkaar belangrijk: tegenover elkaar erkennen dat we iets verkeerd gedaan hebben en , zo nodig, zich daarvoor verontschuldigen en/of vergeving vragen. Hoe dikwijls lopen relaties stuk omdat de mensen niet de kracht en de moed hebben om zich te verontschuldigen. Diep in hun hart weten ze wel dat ze fout geweest zijn, maar om zich daarvoor te verontschuldigen of vergeving te vragen is voor vele te moeilijk, een stap te ver…Terwijl, wanneer we daartoe wel in staat zijn, die relaties weer een stuk beter kunnen worden.   
                                                                                                         
Paulus voegt hier aan toe: “Zoals God ons vergeven heeft”… In een passage van het Evangelie zegt Jezus: ”God zal je vergeven in de mate dat je anderen weet te vergeven..”. Met andere woorden: de weg van de vergeving door God gaat langs de weg van onze vergeving aan onze naasten. Wanneer je goed over die woorden nadenkt, dan besef je dat we dikwijls nog een hele weg hebben af te leggen. 

Voor een goede verstandhouding met elkaar, zowel in het huwelijk maar ook in de samenleving , is dialoog, het eerlijk en open spreken met elkaar heel belangrijk, hoe moeilijk dit soms ook kan zijn. Het niet spreken met elkaar zegt soms nog veel meer en kan soms nog veel zwaarder te dragen zijn dan het openlijk met elkaar bekvechten in harde bewoordingen. Wanneer er geen dialoog/gesprek is, dan kunnen twee personen langzamerhand helemaal uit elkaar groeien totdat het uiteindelijk tot een definitieve scheiding komt.                           

Ik had eens een gesprek met een echtpaar dat van elkaar scheidde wilde. Toen we naar de oorzaak van hun aflopende relatie aan het zoeken waren, zei de een op een gegeven ogenblik tegen de ander:” Indertijd heb je me iets gezegd wat ik nooit meer vergeten ben”. De ander echter vroeg: ”Maar wat heb ik dan gezegd; ik kan me dat echt niet herinneren? ”Waarom heb je me dat nooit gezegd?”. Door datgene wat de ander gekwetst had, niet uitgesproken te hebben, door er niet samen over gesproken te hebben, was wat een van hen gezegd had, een eigen leven gaan leiden en als een kanker gaan woekeren in hun beider relatie. Indien ze bijtijds hier samen over gesproken hadden, was dit wellicht te voorkomen geweest. Nu was het al zover gevorderd dat hun verhouding helemaal verziekt was en niet meer herstellen.                                                                                                           

Zoals het spreekwoord zegt dat het beter te voorkomen is dan te genezen, geldt dit ook voor onze onderlinge verhoudingen: wanneer we bijtijds met elkaar spreken over datgene wat ons dwars zit, kan een relatie dikwijls gered en soms zelfs verbeterd en verdiept worden.

Tenslotte, beste mensen, raadt Paulus ons aan om in ons leven dankbaar te zijn. Een Arabisch spreekwoord zegt dat een leven zonder dankbaarheid niet waard is om geleefd te worden. Dankbaar zijn in het bijzonder voor elkaar. We zijn aan elkaar gegeven om elkaar gelukkig te maken. Wanneer je zo’n houding hebt, dan kun je steeds meer positieve eigenschappen in de ander ontdekken, die waarderen en ervan leren. Dan zal het ook veel gemakkelijker zijn om met elkaar goed samen te leven, ondanks onze verschillen van karakter, meningen en levenswijze. Dan zullen we evenals de Hl. Familie gelukkig met elkaar kunnen zijn. Dat wens ik U van harte toe! Amen.

maandag 14 oktober 2019

Preek van zondag 13 oktober 2019 - Installatie pater Eko Sylvester svd


2 Kon. 5,14-17
Tim. 2,8-13
Luc. 17, 11-19




Zowel de Eerste als de Derde Lezing ( Evangelie) van vandaag beschrijven iets wat voor ons wellicht niet zo bijzonder is, maar voor de Joden van Jezus’ tijd wel: een niet Jood uit Syrië, Naäman, wordt van zijn melaatsheid genezen door zich onder te dompelen in de Joodse rivier de Jordaan. In het Evangelie horen we hoe Jezus enkele Samaritanen, vijanden van de Joden, genas. Bovendien waren dat mensen die melaats waren, personen die door de Joden verafschuwd werden omdat ze, volgens hen, onrein waren.
Jezus toonde, in de goede zin van het woord, een grensoverschrijdend of, als u wilt, een grensverleggend gedrag.                                                                         

Voor de Joden iets dat hun de wenkbrauwen deed fronsen want zij waren ervan overtuigd dat God op de eerste plaats zich om hen zou moeten bekommeren en niet om die “buitenlanders”. Ze hadden de mentaliteit die we ook in onze tijd weer kunnen horen : “ Ons land en onze cultuur op de eerste plaats”, n.a.v. die bekende zin “America first”. Een niet erg Bijbelse gedachten gang: zowel de profeet Elias als Jezus dachten en handelden heel anders, overtuigd als ze waren dat iedereen in de ogen van God gelijk is en dat iedereen recht heeft op erkenning en geluk. Ze vertoonden, in de goede zin van het woord: ”grensoverschrijdend of grensverleggend gedrag”.
Een van de kenmerken van een missiecongregatie zoals die van het Goddelijk Woord, de SVD, is de aandacht voor de wereld en haar problemen, aandacht voor de mensen in de wereld die verstoken zijn van datgene waaraan wij hier heel gewoon zijn zoals welvaart, comfort en een goede rechtspleging. In die zin tonen ze grensoverschrijdend of grensverleggend gedrag tonen.                                                         

Om die reden zijn in de afgelopen eeuw duizenden missionarissen van de SVD, maar ook van vele andere Congregaties, naar alle delen van de wereld getrokken om daar het Evangelie te verkondigen. En ze werden daarbij heel gul ondersteund door de mensen hier in Nederland.   
Die tijd is nu voorbij. Bijna niemand gaat nog hiervandaan om daar als missionaris te werken. Maar er is nu iets anders gebeurd, iets wat we ons vroeger nooit hadden kunnen indenken: priesters, broeders en zusters uit die landen waar wij vroeger gemissioneerd hebben, komen nu hiernaartoe om pastorale/missionaire taken uit te voeren. (Onze pater Eko is een van hen). Wij, Nederlanders, zijn daartoe niet meer in staat, aangezien bijna geen jonge mensen meer daartoe bereid zijn. In heel Nederland zijn op dit moment meer dan 200 priesters uit het buitenland werkzaam!

Verschillende mensen denken wellicht, dat zij de vroegere pastoor en kapelaans komen vervangen. Dat is maar gedeeltelijk waar. Immers, een priester zoals p. Eko is lid van de Congregatie van de Missionarissen van het Goddelijk Woord”. Hij is als missionaris hiernaartoe gekomen en niet louter als parochiepriester. Hij heeft een speciale Missie gekregen om die hier uit te dragen. Hij is hierheen gekomen om, zoals de Profeten en Jezus, grensoverschrijdend of grensverleggend te werk te gaan.

Het woord Missie en Missionaire Parochie worden tegenwoordig op veel plaatsen in Nederland ook door de Bisschoppen, Priesters en pastorale werkers gebruikt. Zij geven daarmee aan, dat wij allen, krachtens ons Doopsel en Vormsel, ons niet alleen met ons eigen persoonlijk, individueel heil moeten bezig houden als wel ons ook inzetten dat de Blijde Boodschap van het Evangelie gestalte krijgt in de wereld om ons heen. Dat is een goede zaak waar wij, de Missionarissen van het Goddelijk Woord, helemaal achter staan.

Maar daarbij willen we nog iets meer. We willen speciale aandacht besteden aan verschillende aspecten van deze Missie, aspecten die bij de gewone zielzorg soms een beetje in de schaduw blijven vanwege het vele werk. Het gaat dan bijvoorbeeld om het wereldwijde karakter van die Missie te benadrukken: oog blijven houden voor de mensen en hun problemen in de wereld. Ons niet blind staren op alleen maar onze eigen omgeving en haar problemen. Het gaat erom contact te zoeken met de Moslims om ons heen en een vriendschappelijke relatie met hen opbouwen. Alsook Migranten en vluchtelingen bij te staan om een betere toekomst op te bouwen. Daarbij willen we ook speciale steun geven aan aspecten waarvoor deze parochie gelukkig al oog heeft : Bijbelapostolaat dat op een bijzondere manier zich manifesteert in de Bijbeltuin hier, alsook zorg voor mensen die het niet zo goed getroffen hebben als wij.           

We zijn hier niet alleen naartoe gekomen om het priestertekort op te vullen en de taken van pastoor en kapelaan op ons te nemen, als wel om speciale aandacht te geven aan de zojuist genoemd missionaire uitdagingen. We zijn hier gekomen als Missionarissen van het Goddelijk Woord om dat Woord op een grensverleggende manier te verkondigen, zodat deze parochie steeds meer een missionaire parochie wordt.

Maar dat kunnen wij niet alleen. Daar hebben we u voor nodig. We zijn blij en dankbaar dat we gedurende het afgelopen jaar zoveel sympathie en medewerking van velen van u hebben mogen ontvangen. Met uw steun en uw hulp zullen wij deze missionaire taken goed kunnen gaan uitvoeren.
Beste mensen, zowel Elias als Jezus zelf zijn buiten de bestaande paden getreden als dat de mensen van die tijd gewoon waren. Zo willen wij, Missionarissen van het Goddelijk Woord, met u samen, speciale nieuwe missionaire wegen gaan, grensoverschrijdend of grensverleggend te werk gaan zodat onze parochie steeds meer een missionaire parochie zal worden. Wij staan als zodanig tot uw beschikking en dienst. Dat God ons allen daarbij moge helpen!

Amen.

zondag 15 september 2019

Preek van zondag 15 september - De verloren zoon



Ex.32,7-11.13-14
Ps. 51 1 Tim. 1,12-17
Luc. 15,1-32 of 15,1-10

24e Zondag van het Jaar ( C )
De gelijkenis die we zojuist gehoord hebben, kennen we als de Parabel van de Verloren Zoon. Het is echter goed om te weten dat dit niet één parabel is als wel drie: de eerste van de jonge zoon die het verkeerde pad op gaat, zich echter bekeert en naar huis terugkomt, de tweede van de oudste broer die zich verongelijkt voelt en niet vergeven wil en de derde van de barmhartige Vader die alles door de vingers ziet en vergeeft.

(Bij het overwegen van deze parabels is het goed onszelf telkens af te vragen: bij wie van deze drie parabels hoor ik zelf? Bij welk van de parabels voel ik me het beste thuis? Immers, het Woord van God wordt verkondigd om onszelf af te vragen: Wie ben ik, hoe leef ik en hoe kan ik mijn leven zodanig inrichten dat ik iets van dat Woord van God in mijn eigen leven realiseer?)

De jongste zoon denkt zijn geluk te vinden in vrouwen en geld en na zijn vader geschoffeerd te hebben door nu al zijn erfenis van hem op te eisen, gaat hij op zoek daarna. Maar hij komt van de kouwe kermis thuis, zouden we kunnen zeggen. Hij ontdekt dat je daar wel een tijd plezier van kunt hebben, maar dat die je toch niet het ware geluk brengen.

En dan heeft hij de eerlijkheid om te erkennen dat hij fout is geweest én bovendien de moed om zich te verontschuldigen bij zijn vader en vergiffenis te vragen. Verkeerd doen in ons leven is menselijk en kun je bijna niet vermijden, zou je kunnen zeggen. Wat echter veel erger is, dat je dat niet wilt erkennen, dat je daar allerlei verontschuldigingen voor zoekt of nog erger, dat je daarvan de schuld aan anderen geeft. De kunst in ons leven is om te erkennen dat we zwak zijn, dat we fouten begaan, en dat we ons daarvoor weten te verontschuldigen bij anderen wanneer we hen benadeeld hebben.

De oudste zoon
of afgunstige broer is degene die altijd zijn plicht heeft gedaan, maar dat ook wil weten en daar trots op is. Hij ziet eigenlijk neer op degenen die niet zo goed zijn als hij. Hij is zoals de mensen die denken dat ze bijna alles goed doen in hun leven en heel kritisch kunnen zijn op anderen die niet zo goed leven als zij en die gemakkelijk een negatief oordeel vellen over anderen die het in hun ogen verkeerd doen.  En wanneer het hun slecht gaat, zullen ze gemakkelijk zeggen : “Hij/zij heeft zijn/haar verdiende loon” of, anders gezegd, “wie zich brandt, moet op de blaren zitten”.                                            
Maar het gebeurt nog al eens dat mensen die heel streng zijn in hun oordeel over anderen, eigenlijk in de grond van hun hart jaloers zijn op die anderen omdat die het wel aangedurfd hebben in hun leven te doen waartoe zij zelf de moed niet hadden. Bij voorbeeld mensen die heel streng oordelen over homo’s, hadden wellicht in het diepste van hun hart graag soortgelijke relaties had aangegaan. Maar ze verdringen die gevoelens. Of ze veroordelen streng een gescheiden persoon, terwijl ze diep in hun hart wellicht ook graag gescheiden waren, maar daartoe niet het lef hadden.  
Vooral bij mensen die min of meer goed leven, bestaat nog al eens het gevaar dat ze tevreden met zichzelf zijn en gemakkelijk over anderen oordelen of ze veroordelen die, volgens hen, maar raak doen en erop los leven. Soms kun je van hen ook het volgende horen: ”Ik ben plichtgetrouw maar dat wordt schijnbaat niet gewaardeerd. Ik doe altijd mijn best en toch zit het me dikwijls niet mee in het leven, terwijl anderen die er maar op los leven, altijd geluk in hun leven schijnen te hebben”. In de grond van ons hart verlangen we eigenlijk dat deze mensen gestraft worden voor hun slecht gedrag.
Hoe staan wij t.o.v. homoseksuelen, mensen die gescheiden zijn, drugsverslaafden of ook vluchtelingen? Hebben we daar een hard oordeel over of kunnen we begrip opbrengen voor deze mensen, hoe ze zo geworden zijn en hoe ze in de problemen gekomen zijn?  Kunnen we een invoelende , begripsvolle houding opbrengen t.o.v. deze mensen, naar het voorbeeld van de barmhartige en vergevende vader van de parabel die Jezus ons vertelt?
En dan de Parabel van de invoelende, begripsvolle en vergevende Vader. Hij zal zich diep gekwetst gevoeld hebben, toen de jongste zoon zijn erfdeel op een brutale manier opeiste. Maar hij zette zich daar overheen, respecteerde de vrijheid van zijn jongste zoon, zodanig dat hij hem gaf wat die van hem eiste, ondanks dat hij vreesde dat het verkeerd zou aflopen.  Hij deed dit ook in het vertrouwen dat het goed zou komen, aangezien hij bleef geloven in de goedheid van zijn jongste zoon. Daarom ook was hij staat zijn zoon te vergeven, toen die terugkwam om hem vergeving te vragen. 

Daarom kon hij zelfs heel blij zijn over de terugkomst en het berouw van zijn zoon. Want in en door zijn invoelende en begripsvolle houding zag hij dat zijn jongste zoon als een ander, een beter mens was teruggekomen door de verschrikkelijke ervaring die hij meegemaakt had. Daarom kon hij ook van harte vergeven ondanks dat zijn zoon hem zo beledigd en gekwetst had vóór zijn vertrek. Dat hielp hem om daar niet op terug te komen. Integendeel : hij vergaf hem van harte.Wanneer je soms hoort hoe hard sommige mensen voor elkaar kunnen zijn of wanneer je hoort en leest dat de rechters tegenwoordig veel strenger zijn in hun oordeel dan vroeger en strengere straffen uitdelen, ”omdat de mensen dat willen”, dan vraag je je af: hebben die mensen iets begrepen van wat Jezus in deze Parabel ons zeggen wil? Kunnen de mensen begrip opbrengen voor de personen die in hun leven verkeerde dingen hebben gedaan?  Proberen ze in te voelen wat in het binnenste van iemand anders leeft, ook al is hij/zij een misdadiger? Hebben we er voldoende oog voor dat deze mensen later weer verder moeten in hun leven? Zien we een gevangenisstraf alleen maar als een straf voor wat iemand verkeerd gedaan heeft of ook als een mogelijkheid voor die personen om zich te bezinnen over wat hij/zij verkeerd gedaan hebben zodat ze na hun straf uitgezeten te hebben, een nieuwe fase in hun leven kunnen beginnen?
Hoeveel families liggen niet uit elkaar omdat ze elkaar niet weten te vergeven vanwege een geschil over een familie erfenis of omdat er iets gebeurd is wat ze niet meer willen vergeven en/of vergeven?

Monseigneur Muskens, de vroegere bisschop van Breda, vertelde eens wat hij zelf meegemaakt had: in een Brabants dorp reed een dronken man een kind van 7 jaar dood. Iedereen ontzettend boos natuurlijk op die man en hem toewensend dat hij jaren in de gevangenis zou moeten blijven. Behalve de vader van het overreden jongetje: die ging met die man praten in de gevangenis en bleef hem daar bezoeken terwijl hij zijn  gevangenisstraf uitzat. De mensen begrepen er niets maar de vader zei: ”Voor deze man moet het ook verschrikkelijk zijn wat hij in een dronken bui gedaan heeft… Hij moet toch ook weer verder met zijn leven wanneer hij eenmaal zijn straf heeft uitgezeten”.  Kijk ,deze man had iets begrepen van de parabel van de Barmhartige vader…..
Bij welk van de parabels herken ik trekken van mezelf? Bij welk van de parabels voel ik me het meest thuis?